Menselijke justitie

Justitie toegankelijk maken voor iedereen 

Om ervoor te zorgen dat iedereen gelijke toegang heeft tot justitie werd bij wet vastgelegd dat de inkomensgrenzen om beroep te kunnen doen op juridische tweedelijnsbijstand (de zogenaamde pro deoregeling) de volgende drie jaar gradueel zullen verhogen. Zo zullen kwetsbaardere mensen beter hun rechten kunnen laten gelden. De inkomensgrenzen werden in september vorig jaar al met 200 euro opgetrokken. De komende 3 jaar komt hier telkens 100 euro per jaar bij. Uit projecties van het Rekenhof blijkt dat de groep van mensen die in aanmerking komen voor gehele of gedeeltelijke tegemoetkoming stijgt van 1,52 miljoen mensen naar 3,5 miljoen mensen. Om dit de financieren, wordt hiervoor jaarlijks extra budget voorzien. In 2024 zal dit 209 miljoen euro bedragen.  

We hebben ook aandacht voor de digitale kloof en houden rekening met degenen die geen toegang hebben tot de digitale wereld. Voor hen voorzien we kiosk-pc’s in de gerechtsgebouwen en begeleiding door de griffiemedewerkers zodat het voor iedereen mogelijk wordt het digitale dossier in te kijken. Zo zijn er nu al kiosk-pc’s voorzien bij alle vredegerechten in het kader van de uitrol van het centraal register voor beschermde personen dat sinds 1 juni 2021 actief is. Deze kost wordt meegenomen in de 10,5 miljoen euro die voorzien is voor hardware voor de medewerkers. 

Voor de Duitstalige landgenoten zal de website van de FOD Justitie vertaald worden in de derde landstaal. Hiervoor wordt 228.000 euro voorzien. 

Het slachtoffer centraal 

Om slachtoffers van seksueel geweld beter op te vangen, werd al beslist om het aantal Zorgcentra Seksueel Geweld uit te breiden van 3 naar 10 centra de komende jaren. De komende 12 maanden komen er 4 zorgcentra bij: in Antwerpen, Charleroi, Leuven en Roeselare. Daarna volgen er nog 3 in de rest van het land. Zo zal er in elke provincie een zorgcentrum zijn.  Deze investering gebeurt door het Instituut voor de gelijkheid van vrouwen en mannen. 

Daarnaast werd vorig jaar al 5,7 miljoen euro geïnvesteerd in onder meer het mogelijk maken van een digitaal dossier bij zaken van seksueel geweld en intrafamiliaal geweld. Dit moet slachtoffers van deze feiten de mogelijkheid bieden om het dossier digitaal op te volgen in de vertrouwde thuisomgeving. Dit zal eind dit jaar gerealiseerd worden. 

Voor de financiële hulp aan slachtoffers van opzettelijke gewelddaden bestaat een commissie die hen bijstaat. Momenteel telt deze zeven kamers. 3 Nederlandstalige, 3 Franstalige en één tweetalige terrorismekamer. Reeds enkele jaren bestaat er een grote structurele achterstand bij de Nederlandstalige kamers van de commissie. Dit leidde tot een onaanvaardbare gemiddelde doorlooptijd van zo’n 28 maanden met 800 dossiers in achterstand. Daarom wordt geïnvesteerd in een extra Nederlandstalige kamer, extra personeel en ICT-materiaal om deze achterstand weg te werken. Ook voor de slachtoffers van terreuraanslagen voorzien we, in samenwerking met slachtoffervereniging V-Europe, slachtoffercoaches die hen bijstaan en begeleiden. De coaches, bij voorkeur ervaringsdeskundigen, zoekende slachtoffers op en staan ze bij, administratief maar vooral ook psychologisch en menselijk. Ze worden hierin ondersteund door een back office, die de relais is naar de officiële aanspreekpunten van de overheid. Hiermee introduceren we een andere manier van omgang met de slachtoffers, namelijk vanuit de beleving van het slachtoffer zelf via een één op één relatie met ervaringsdeskundigen. 

Zinvolle detentie om recidive te voorkomen 

Detentie moet zinvol zijn, zodat de re-integratie van de gedetineerde vlot verloopt en recidive vermeden wordt. Om het recidiverisico te bepalen en de risicofactoren te identificeren is een meer performante risicotaxatie noodzakelijk. Dit gebeurt door de psychosociale diensten (PSD). Onder de vorige minister van Justitie werden middelen vrijgemaakt om 22 extra PSD-medewerkers aan te werven. Deze aanwervingen zijn lopende. De psychosociale dienst maakt detentieplannen zodat de gedetineerde vanaf dag 1 voorbereid wordt op de reclassering. Dat zijn plannen op maat die onder meer zorgen voor drugsbegeleiding, seksuele begeleiding, afbetaling van het slachtoffer, tewerkstelling, etc. Op heden wordt hier pas werk van gemaakt op het ogenblik dat de gedetineerde in aanmerking komt voor een voorwaardelijke invrijheidstelling. 

Om een goede centrale aansturing en ondersteuning te kunnen bieden aan de lokale gevangenissen wordt nu ook het centrale team van de psychosociale dienst versterkt. Zij staan in voor het uitwerken van een methodologisch kader (bv. rond testmateriaal voor risico-taxatie) en uniforme richtlijnen voor de psychosociale diensten in de gevangenissen en organiseren supervisiemomenten voor de lokale equipes. Momenteel bestaat de centrale dienst uit 1 psycholoog en 1 maatschappelijk werker. Dit breiden we uit met 4 experten in de psychologie en 4 maatschappelijke werkers. 

Verder wordt ook geïnvesteerd in agressiebeheersing in de gevangenis. Succesvolle programma’s die bestaan in onder meer de gevangenissen van Oudenaarde en Leuze worden uitgebreid naar andere gevangenissen. Daarvoor zal 960.000 euro worden uitgetrokken. Een investering die gedetineerden helpt om op het rechte pad te blijven, maar ook voor een veiligere werkomgeving voor het gevangenispersoneel zorgt. 

De opwaardering van de gezondheidszorg voor geïnterneerden en gedetineerden is een andere uitdaging van het beleid. Algemeen wordt de structurele onderfinanciering van de werkingsmiddelen voor artsen weggewerkt met een investering van 6,7 miljoen euro. Zo kunnen psychiaters meer ingezet worden in de gevangenissen en kunnen de honoraria van zelfstandige zorgverleners eindelijk geïndexeerd worden (dit gebeurde niet meer sinds 2012). Bovendien worden er RX-toestellen aangekocht voor 9 gevangenissen met een eenmalige investering van 1 miljoen euro. Deze zijn onder meer belangrijk in de controle op tuberculose in de gevangenissen. 

Voor de geïnterneerden investeren we in een significante uitbreiding van de zorgequipes in Merksplas en Paifve. Dit is noodzakelijk omdat elke geïnterneerde recht heeft op zorg, ook als hij/zij tijdelijk in de gevangenis moet verblijven. Ons land werd al herhaaldelijk veroordeeld omwille van een ontoereikende zorgverlening aan geïnterneerden in de gevangenissen. Vorige legislatuur is er in samenwerking met het kabinet Volksgezondheid veel geïnvesteerd in het uitbreiden van forensische plaatsen in psychiatrische instellingen. Nu gaan we ook het zorgaanbod in de gevangenissen uitbreiden en versterken we de zorgequipes van de afdeling bescherming maatschappij te Merksplas met 13 mensen (van 34 naar 47 VTE’s) en de inrichting bescherming maatschappij te Paifve met 38 mensen (van 30 naar 68 VTE’s). Op die manier kunnen er aan deze geïnterneerden volwaardige zorgprogramma’s worden aangeboden. Hiervoor wordt 2.2 miljoen euro begroot.  

Tot slot voorzien we 191.000 euro voor 13 bufferbedden in de Forensische Psychiatrische Centra van Gent en Antwerpen. Deze voorzien we voor geïnterneerden die vrij zijn op proef en hervallen waardoor ze een gevaar vormen voor de maatschappij. Op die manier zorgen we ervoor dat geïnterneerden die vrij zijn op proef en hervallen waardoor ze een gevaar zijn voor de maatschappij onmiddellijk de nodige zorg in een beveiligde omgeving krijgen en niet teruggestuurd moeten worden naar de gevangenis.